Nino, Toppie -Het worden er steeds meer
Op de speelplaats wordt opgeschept.
Josje: ‘Wij zijn met drie kinderen thuis en ieder heeft zijn eigen bed…’
Jean-Paul:’Wij zijn met vier kinderen en elk heeft zijn eigen kamer…’
Stanley:’En wij zijn met vijven, en ieder heeft zijn eigen papa!’
Pim en Jan maken een campingreis door Europa. In Italië hebben ze een leuke avond met een paar meisjes. Als het tijd wordt om naar de tent te gaan, gaan de meisjes mee. Als ze bij de camping komen gaan Jan en zijn meisje hun eigen weg terwijl Pim en zijn vriendinnetje de tent in gaan. Terwijl het meisje zich uitkleedt in de tent vraagt Pim nieuwsgierig: `Hoe oud ben je eigenlijk?`. `Dertien`, antwoordt het meisje. Pim vloekt en zegt: `Kleed je aan en verdwijn`. Teleurgesteld trekt het meisje haar kleren weer aan maar voor ze de tent uitgaat draait ze zich nog een keer om en zegt: `Ik heb nog nooit iemand meegemaakt die zo bijgelovig is! (Namen zijn toeval)
God schiep het licht en zei: ”Da’s goed gelukt!” God schiep de zee en het land en zei: ”Da’s goed gelukt!” God schiep de dieren en zei: ”Da’s goed gelukt!” God schiep de man en zei: ”Da’s goed gelukt!” God schiep de vrouw en zei: ”ach, die doet er wel wat make-up op!”
Een niet meer zo jonge man zat in het wegrestaurant te eten, toen drie van die kwaadaardige motorfreaks binnenstapten.
De eerste gaat naar de man toe, duwt zijn sigaret uit in zijn bord en gaat aan de toog zitten. De tweede komt ook op de man af, spuwt in zijn glas en gaat ook aan de bar zitten. De derde is aan de beurt, keert de man zijn bord ondersteboven en zet zich ook aan de bar. Zonder een woord van protest, verlaat het ‘slachtoffer’ even later op zijn gemak het restaurant. Na een poosje zegt één van de Hell’s Angels tegen de serveerster: “Pff… da’s toch ook maar een ventje van niks hè.”
“Nou,” antwoordt de serveerster, “En hij kan ook niet rijden, want hij is net met zijn vrachtwagen achteruit over drie motoren heen gereden…”
Heel lang geleden, vroeg een jongen aan een wondermooi meisje:
‘Wil je met me trouwen?’ Het meisje zei, ‘NEE !’
De jongen reed met zijn motorfiets, ging vissen en jagen, speelde veel golf, had one night stands, dronk bier en whiskey, had héél véél geld op de bank, liet de toiletdeksel open staan én liet scheten wanneer hij wilde…. Kortom; hij leefde nog lang en gelukkig !
Een priester heeft ontdekt dat de koperen leuning op de trap in de kerk verdwenen is. Die zondagmorgen in de mis vraagt de priester: “Wie heeft er een leuning?” Alle mannen staan op. “Neen, ik bedoel: wie heeft er een leuning gezien?” Alle vrouwen staan op. “Neen, ik bedoel: wie heeft er een andere leuning gezien?” Veel vrouwen staan weer op. “Oh neen,” zegt de priester, “ik bedoel, wie heeft er mijn leuning gezien?” En alle kinderen staan op!
Trots vertelt karel aan zijn vriend: “Moet je horen, ik ben vader geworden!”
Zegt de vriend belangstellend: Gefeliciteerd! En gaat het goed met je vrouw?”
Karel; “Nu nog wel, ik heb het haar nog niet verteld!”
Een oerlelijke man komt bij de balie op het gemeentehuis en zegt tegen de jongedame achter de balie; “Goedenmiddag, ik zou graag willen trouwen”.
” Dat kan” , zegt de jongedame achter de balie. “Welke datum had u in gedachte?” De man; “Doet er niet toe. Ik ben allang blij dat je wilt”.
Hoe noem je een Surinamer die een hele kip op eet?
Kluivert.
Henkie moest bij Sinterklaas op schoot gaan zitten. Sinterklaas tikte met zijn vinger op Henkie zijn neus en zei: “Jij houd van snoepjes,is het niet Henkie? Dat zie ik aan je bekje.”
Henkie zei: “Ja,sinterklaas. Dat klopt. Maar u houdt van seks,hè sinterklaas?”
De Sint kijkt verschrikt en vraagt: “hoezo dan?”
“Nou”, zei Henkie “dat ruik ik aan je vinger!”
Met haar baby van zes dagen op de arm stapte Annie de bus in.
“Dat is de lelijkste baby die ik ooit heb gezien!” zei de chauffeur, waarop Annie woedend achter in de bus plaatsnam.
De man naast haar vroeg wat er aan de hand was.
“De chauffeur was onbeschoft tegen me!” klaagde Annie.
“Schandelijk,” zei de man.
“Chauffeurs moeten altijd beleefd blijven.”
“Ik denk dat ik hem meteen maar even een lesje ga leren,” zei Annie.
“Prima idee,” zei de man.
“Ik houd zolang uw aapje wel vast.”
De smid uit ons dorp is overleden. Hij was met zijn, niet al te slimme, knecht bezig een paard te beslaan. Er lag een hoefijzer in het smidsvuur. Met dikke handschoenen en een grote tang pakte de smid het hete hoefijzer uit het vuur. Toen gaf hij zijn knecht een hamer en zei: “Als ik met mijn hoofd knik, geef jij er een klap op.”